De publicatie van dit artikel werd vorige zaterdag door prof. dr. Thierry Vanden Driessche aangekondigd op ons Duchenne congres in Haacht. Voor de primeur moest je dus bij ons zijn.
Het oorspronkelijke artikel in het wetenschappelijk tijdschrift vind je hier: https://www.nature.com/articles/s41467-018-08283-7
Hieronder zowel het artikel uit de standaard, als daaronder het artikel uit de knack. http://www.standaard.be/cnt/dmf20190130_04140549
30/1/2019 door (sgy) De Standaard
Een onderzoeksgroep van de VUB staat een grote stap dichter bij een succesvolle gentherapeutische behandeling van de ziekte van Duchenne, een veelvoorkomende erfelijke spierziekte.
De erfelijke (spier)ziekte Van Duchenne treft 1 op de 3500 jongens en mannen. De ziekte tast het spierweefsel aan, patiënten belanden al snel in een rolstoel. Na verloop van tijd dreigt er hartfalen of functioneren de longen niet meer. ‘Het is het Zwaard van Damocles dat boven hun hoofd hang’, zegt professor Thierry VandenDriessche (VUB en KU Leuven), die samen met professor Marinee Chuah de onderzoeksgroep naar gentherapie leidt. ‘De patiënten weten dat het erger wordt en dat ze uiteindelijk eerst kreupel worden vooraleer ze sterven,’ zegt professor Chuah.
Succesvol bij muizen
De onderzoeksgroep analyseerde de oorzaak van de ziekte en onderzocht een behandeling met gentherapie. Ze ontwikkelden een soort van ‘moleculaire turbomotor’ die de doeltreffendheid en veiligheid van gentherapie voor de ziekte van Duchenne aanzienlijk verbetert. De correcte genen met een genezend effect worden zo efficiënt mogelijk ingebracht en worden nadien geactiveerd.
Wat blijkt? Bij muizen werd de techniek van de moleculaire turbomotor uitgetest, mét succes. Professor Chuah is optimistisch: ‘Het afsterven van de spieren werd voorkomen en de werking van de spieren kon zelfs genormaliseerd worden.’ De resultaten van het onderzoek werden vandaag gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Communications.
De komende jaren starten op basis van dit onderzoek klinische proeven waarin patiënten met duchenne worden behandeld. Die klinische studies zijn momenteel veelbelovend, want gentherapie geldt nu al als een succesvolle behandeling bij erfelijke ziektes als hemofilie. Bovendien, zo schrijft de VUB, heeft het onderzoek belangrijke implicaties voor andere erfelijke spierziektes zoals de ziekte van Steinert.
Volgend artikel uit de knack vind je hier: https://plusmagazine.knack.be/gezondheid/vub-gentherapie-stap-dichter-bij-genezing-van-spierziekte/article-normal-1423851.html?fbclid=IwAR3xgbNQFDQJxu5dX82LKdA2kf0vmXhFvGBKBDodEETKlJiDfIODuyRnsq0&cookie_check=1549017076
VUB-gentherapie stap dichter bij genezing van spierziekte
Plusmagazine.beOnlineredactie 30/01/19 Bron: Belga
Vorsers van het Departement Gentherapie en Regeneratieve Geneeskunde van de VUB zijn een flinke stap dichter bij een therapie van de Ziekte van Duchenne, een spierziekte die vooral jongens treft en die ervoor zorgt dat de spieren van bij de geboorte aan een aftakelingsproces beginnen, dat onomkeerbaar is.
De onderzoekers, professor Thierry VandenDriessche en zijn collega professor Marinee Chuah, die het onderzoek leidt, slaagden erin om bij proefdieren een functionele kopie van het dystrofine-gen, dat bij defect de aandoening veroorzaakt, in de spiercellen binnen te smokkelen en het ook te activeren.
De Ziekte van Duchenne is een erfelijke ziekte die vooral jongens treft. Naar schatting één op 3500 mannelijke baby's wordt er mee geboren. "Het defecte dystrofine-gen bevindt zich op het X-chromosoom, waardoor de ziekte bijna uitsluitend bij jongens voorkomt", aldus professor Thierry VandenDriessche. "Al vanaf de eerste levensjaren laat de aandoening zich voelen en beginnen de spieren af te takelen. Bij Duchenne zijn dat niet alleen de skeletale spiercellen, maar evengoed de spieren van het middenrif die de ademhaling regelen en de hartspier. De meeste patiënten bezwijken op jonge leeftijd: ze hebben een levensverwachting tussen 20 en 30 jaar."
Gentherapie
Omdat de oorzaak van de ziekte goed gekend is, zochten en vonden Chuah en VandenDriessche een middel om in het genetische materiaal van de spiercellen een kopie binnen te brengen van een functionerend dystrofine-gen, die de werking van het defecte gen kon overnemen. Dergelijke vormen van gentherapie zijn de voorbije tien jaar erg geëvolueerd, met dikwijls prima resultaten voor andere ziektes, zoals hemofilie, een erfelijke bloedstollingsziekte.
"Het grootste probleem was dat we dat functionerend dystrofine-gen tot in alle spiercellen moesten krijgen én dat we het ook moesten kunnen activeren", zegt VandenDriessche. "We hadden dus eerst een moleculaire sleutel nodig. Die moleculaire sleutel vonden we. Restte ons nog een middel te vinden om het gen te activeren. We hebben dat gevonden in de vorm van een soort van lichaamseigen mini-turbomotor die we bij proefdieren aan het dystrofine-gen konden koppelen. Voordeel van de procedure is dat we veel minder actieve stof nodig hebben om een goed effect te ressorteren. We weten immers nog niets over mogelijke neveneffecten van de therapie, waardoor voorzichtigheid geboden is maar het is alvast hoopgevend dat we bij de proefdieren geen neveneffecten hebben kunnen vaststellen."
Van muizen naar mensen
Het is de bedoeling om op een termijn van ongeveer drie jaar met een klinische studie te beginnen, eerst bij jongvolwassenen, later dan wellicht ook bij jongere kinderen en baby's. De resultaten bij proefdieren zijn hoopvol. Het extra gen met de ingebouwde mini-turbomotor blijft bij muizen hun hele leven actief, zodat ze feitelijk genezen van de aandoening. "Het is nog afwachten of dat ook bij mensen zo zal zijn", zegt VandenDriessche.
Tijdens hun onderzoek ontdekten beide professoren nog andere gelijkaardige mini-turbomotoren, die in de toekomst wellicht voor andere erfelijke aandoeningen hun nut zullen bewijzen. Verder onderzoek is daar noodzakelijk. De resultaten van het onderzoek werden vandaag gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Communications.
Het VUB-onderzoek werd gefinancierd dank zij de Koning Boudewijn Stichting, het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek en Europese onderzoeksfinanciering. Naast hun aanstelling aan de VUB zijn professoren Chuah en VandenDriessche ook deeltijds aan de KU Leuven verbonden.